...............................................................24 woorden
a = antwoord
...............................................................
 

 
 
 
 
		

[Themawoorden en schoolwoorder]
[Blz  67]
actief			#[Bezig zijn, aan de gang zijn.]
zich amuseren			#[Plezier hebben, zich vermaken.]
de attractie			#[Iets aantrekkelijks dat veel mensen willen zien of doen.]
chillen			#[Je lekker ontspannen.]
de gezelligheid			#[Als er een prettige sfeer is tussen mensen in dezelfde ruimte.]
het gezelschap			#[Groep mensen die samen iets doen.]
sluiten			#[1. Dichtdoen, dichtmaken; 2. Beëindigen.]
de vrije tijd			#[De tijd die je voor jezelf hebt.]
het toegangsbewijs			#[Kaartje of papier waarop staat dat je ergens naar binnen mag.]
de toegangsprijs			#[De prijs die je betaalt om ergens naar binnen te mogen.]
------
de verwachting			#[Het verwachten, denken dat iets gaat gebeuren.]
verzamelen			#[Mensen, voorwerpen of informatie van dezelfde soort bij elkaar brengen.]

eind goed, al goed			#[Als iets goed afloopt, vergeet je hoeveel moeite het heeft gekost.]
met de hoed in de hand, kom je door het ganse land			#[Met beleefd zijn, bereik je meer.]
blaffende honden bijten niet			#[Mensen die hard schreeuwen, zijn vaak het minst gevaarlijk.]
jong geleerd is oud gedaan			#[Wat je jong leert, kun je later goed]
als de kat van huis is, dansen de muizen op tafel			#[Zonder toezicht doen kinderen alleen maar waar ze zin in hebben.]
oost west, thuis best			#[Nergens is het zo goed als thuis.]
haastige spoed is zelden goed			#[Bij te veel haast, kun je fouten maken.]
spreken is zilver, zwijgen is goud			#[Soms kun je beter niets vertellen.]
------
er is een tijd van komen en er is een tijd van gaan			#[Aan alles komt een einde.]
komt tijd, komt raad			#[De oplossing komt vaak vanzelf.]
de tijd heelt alle wonden			#[Na lange tijd wordt verdriet minder.]
elk vogeltje zingt zoals het gebekt is			#[Iedereen zegt en doet dingen op zijn eigen manier.]












Focus it...

 








...............................................................
     v: vragen
Aantal: 24 woorden.
...............................................................
actief
zich amuseren
de attractie
chillen
de gezelligheid
het gezelschap
sluiten
de vrije tijd
het toegangsbewijs
de toegangsprijs
------
de verwachting
verzamelen
eind goed, al goed
met de hoed in de hand, kom je door het ganse land
blaffende honden bijten niet
jong geleerd is oud gedaan
als de kat van huis is, dansen de muizen op tafel
oost west, thuis best
haastige spoed is zelden goed
spreken is zilver, zwijgen is goud
------
er is een tijd van komen en er is een tijd van gaan
komt tijd, komt raad
de tijd heelt alle wonden
elk vogeltje zingt zoals het gebekt is
 



...............................................................
     A: Antwoorden
Aantal: 24 woorden.
...............................................................
Bezig zijn, aan de gang zijn.
Plezier hebben, zich vermaken.
Iets aantrekkelijks dat veel mensen willen zien of doen.
Je lekker ontspannen.
Als er een prettige sfeer is tussen mensen in dezelfde ruimte.
Groep mensen die samen iets doen.
1. Dichtdoen, dichtmaken; 2. Beëindigen.
De tijd die je voor jezelf hebt.
Kaartje of papier waarop staat dat je ergens naar binnen mag.
De prijs die je betaalt om ergens naar binnen te mogen.
------
Het verwachten, denken dat iets gaat gebeuren.
Mensen, voorwerpen of informatie van dezelfde soort bij elkaar brengen.
Als iets goed afloopt, vergeet je hoeveel moeite het heeft gekost.
Met beleefd zijn, bereik je meer.
Mensen die hard schreeuwen, zijn vaak het minst gevaarlijk.
Wat je jong leert, kun je later goed
Zonder toezicht doen kinderen alleen maar waar ze zin in hebben.
Nergens is het zo goed als thuis.
Bij te veel haast, kun je fouten maken.
Soms kun je beter niets vertellen.
------
Aan alles komt een einde.
De oplossing komt vaak vanzelf.
Na lange tijd wordt verdriet minder.
Iedereen zegt en doet dingen op zijn eigen manier.