...............................................................24 woorden
a = antwoord
...............................................................
 

 
 
 
 
		
     
[Themawoorden en schoolwoorder]
[Blz  27]
automatiseren			#[Zorgen dat het automatisch, als vanzelf, gaat.]
het beeldscherm			#[Het scherm, bijvoorbeeld van een tv, waarop iets wordt afgebeeld.]
interactief			#[Iets is interactief als het ene op het]
het level			#[Het niveau. In een computerspel het speelniveau.]
offline			#[Niet verbonden zijn met het internet. Het tegenovergestelde van online.]
omgeven door			#[Wat om iets of iemand heen is.]
online			#[Verbonden zijn met het internet.]
opslaan			#[Bewaren voor later gebruik.]
overgaan in			#[In iets anders veranderen.]
programmeren			#[Een programma voor een computer maken en dat erop installeren.]
------
realistisch			#[Te maken hebben met de werkelijkheid.]
stand-by			#[Paraat, klaar om te gebruiken.]

de eerste de beste			#[Niet verder kijken en de eerste nemen.]
de kat uit de boom kijken			#[Alles eerst rustig bekijken, totdat duidelijk is wat je moet doen.]
iemand een koekje van eigen deeg geven			#[Iemand op dezelfde manier vervelend behandelen als hij of zij jou heeft behandeld.]
loslaten			#[Laten gaan.]
over de rooie gaan			#[Uit woede tekeer gaan.]
iemand de stuipen op het lijf jagen			#[Iemand erg laten schrikken of bang maken.]
de triomf			#[De grote overwinning.]
variëren			#[Afwisselen.]
------
uit het veld geslagen zijn			#[In de war gebracht zijn, niet meer weten wat te doen.]
verwijderen			#[Weghalen.]
op visite gaan			#[Mensen thuis bezoeken.]
werpen			#[Gooien.]












Focus it...

 








...............................................................
     v: vragen
Aantal: 24 woorden.
...............................................................
automatiseren
het beeldscherm
interactief
het level
offline
omgeven door
online
opslaan
overgaan in
programmeren
------
realistisch
stand-by
de eerste de beste
de kat uit de boom kijken
iemand een koekje van eigen deeg geven
loslaten
over de rooie gaan
iemand de stuipen op het lijf jagen
de triomf
variëren
------
uit het veld geslagen zijn
verwijderen
op visite gaan
werpen
 



...............................................................
     A: Antwoorden
Aantal: 24 woorden.
...............................................................
Zorgen dat het automatisch, als vanzelf, gaat.
Het scherm, bijvoorbeeld van een tv, waarop iets wordt afgebeeld.
Iets is interactief als het ene op het
Het niveau. In een computerspel het speelniveau.
Niet verbonden zijn met het internet. Het tegenovergestelde van online.
Wat om iets of iemand heen is.
Verbonden zijn met het internet.
Bewaren voor later gebruik.
In iets anders veranderen.
Een programma voor een computer maken en dat erop installeren.
------
Te maken hebben met de werkelijkheid.
Paraat, klaar om te gebruiken.
Niet verder kijken en de eerste nemen.
Alles eerst rustig bekijken, totdat duidelijk is wat je moet doen.
Iemand op dezelfde manier vervelend behandelen als hij of zij jou heeft behandeld.
Laten gaan.
Uit woede tekeer gaan.
Iemand erg laten schrikken of bang maken.
De grote overwinning.
Afwisselen.
------
In de war gebracht zijn, niet meer weten wat te doen.
Weghalen.
Mensen thuis bezoeken.
Gooien.